Het Sprookjesboek

Nederlandstalige Sprookjes & Verhalen
om on-line te lezen



Mijn Parijs

Een waar gebeurd verhaal

Geschreven en geïllustreerd door Jef Franssen

Het jaar was 1881. De stad was Parijs. Gebogen vensters gaven een ruime blik over de brede lange avenues van Parijs. Voorzichtig schoof Charles de zware gordijnen opzij. Daar lag zijn stad. "O Parijs,
wat bewonder ik je: je structuur; je zware verlichtingsornamenten;
je imposante barocke gebouwen." Hij had er vorm aan mogen
geven.
Rode velours gordijnen bevestigd aan zware bronzen roeden, grote marmeren kandelaars, een zeer ruim bureau met daarop een mooie vierkante inktset van groene marmer en vergulde potjes: dit vertrek had hem altijd gecharmeerd. Vele jaren had hij erin doorgebracht; aangename jaren. Zijn huwelijk had hem de mogelijkheid gegeven dit alles te realiseren. Zij had het geld, hij de titel: een bijna perfecte combinatie. Liefde naar elkaar toe voelden beiden niet, wel respect.

Een zachte hand op zijn schouder deed hem terugkeren naar de alledaagse werkelijkheid. Ja, van deze vrouw hield hij. Zij meer van hem, dan hij van haar daarvoor was zijn passie voor de stad te groot. De jonge energieke vrouw had dit altijd reeds geweten maar er ook vrede mee gehad.
Ze overhandigde hem een groot stuk papier. De inhoud verbaasde hem niet: een mooie grote opdracht voor het regime. De opstand moest neergeslagen worden. Alhoewel geen soldaat was dit toch een opdracht die door hem uitgevoerd zou worden. Zijn beste jaren waren reeds voorbij maar zijn fysieke gesteldheid was nog steeds goed. Het uniform over de stoel was ook zonder hem al imposant. De jonge vrouw bewonderde hem in zijn uniform. Ja, hij verkörperde iets.

De koets ratelde over de straten van Parijs naar zijn woning in de buitenwijken. De brede gietijzeren poort stond open. Zoals bijna iedere avond begroette zijn vrouw hem voor de woning op het bordes. Zij kende zijn opdracht reeds. Beiden waren opgetogen. Dit betekende meer roem, meer grandeur. Het personeel straalde. Zijn vrouw had haar werk goed gedaan.
In de Avenue Foche sloot een jonge vrouw zijn officiële vertrekken af. Zij wierp een laatste blik naar de gebogen vensters, de gordijnen, het ruime bureau. Een zwaarmoedigheid beving haar. Ze voelde met al haar liefde die zij voor hem had dat deze vertrekken leeg werden.


De arbeiders in de buitenwijken van Parijs keken vol bewondering naar de langs marcherende soldaten. De directie van de kristalfabriek had haar personeel de straat laten opgaan. Zo kon het gewone volk zien wat een imposante macht de Franse staat was.
Trots en zelfbewust keek Charles naar de mensenmassa. Zijn paard, zijn zadel, zijn gestalte, zijn uniform weerspiegelden de glorie en roem van Frankrijk in die jaren.
Een klein meisje aan de stoeprand zag alleen hem. Hij knikte en glimlachte naar haar. Het meisje bleef ernstig kijken.

De charges werden snel en bruut uitgevoerd, zonder pardon. De waarden van de door hem zo bewonderde Franse staat moesten verdedigd worden. De eerste charge was een succes; de volgende eveneens.
De avond begon te vallen. Charles wilde de beslissing forceren. De sabel met het vergulde handvat lag in zijn hand. Zijn paard stormde naar voren. Een flits verblindde hem en hij tuimelde achterover op de grond. De klap was hard; de pijn hevig maar kort. Bloed druppelde langs zijn besmeurde uniform.
In de Avenue Foche verbleekte een vrouw. In zijn villa werd het avondmaal opgediend.

Donkere wolken lieten aan de hemel een opening vallen. Een verontruste vrouw riep haar dochtertje. Zijn ogen namen nog maar weinig licht op. In het schemer stond het kleine ernstige meisje. Ze streelde zijn hand. De wolken sloten zich.
~ Einde ~


<<  Andere Levensliederen


De Oude Hoed  >>

© Jef Franssen 2000
HomeSouvenir ShopNew ArrivalsRLE ictMailboxEnglish SectionGreeting CardsDutch SectionSitemapDonations